Het betreft het omvormen van een voormalige opslagruimte tot een ruime ééngezinswoning.
Na het verwijderen van alle troosteloze en vervallen aanbouwen, bleek de betonnen hoofdstructuur met het respectievelijk invul- of voorzetmetselwerk, een aantrekkelijk industrieel karakter te vertonen.
Het uitgangspunt van het ontwerp werd meteen het zoeken naar een evenwicht tussen het behouden van de bestaande eigenheid en het creëren van een eigentijdse woning.
In de oude gevels werden metselwerkvelden aangevuld, of uitgebroken en door beglazing vervangen. Op het gelijkvloers werd één geveldeel verwijderd en werd een betonnen voorzetwand voorzien. Zo kreeg de leefruimte een soberder en strakkere vormgeving en werd , door een glasinvulling tussen zichtbetonwand en bestaande structuur, deze leefruimte opengewerkt naar de tuinzijde. Op deze aldus ontstane uitbouw bevindt zich meteen het dakterras slaapkamer ouders.
In het interieur werden de buitenwanden zoveel mogelijk vrij gelaten. Daartoe werden woonfuncties in losse volumes ondergebracht , steeds geconcipieerd met pure, elementaire materialen als beton, glas, hout en staal, die afhankelijk van de noden vrij in de grote open ruimte werden neergepoot.
Het weldoordacht openbreken van zowel de betonnen plafondstructuur als de nieuwe woonvolumes doet een spel ontstaan van verrassende lichten en doorzichten , relaties en perspectieven.